Misschien denk je bij het zien van deze Supertraction en het horen van de naam Rosengart dat we hier te maken hebben met een model van een Duitse fabrikant van luxe auto's, maar niets is minder waar. Rosengart was een Franse fabrikant, die juist naam maakte met uiterst compacte en betaalbare auto's. Oprichter Lucien Rosengart, die begin jaren 20 zowel Citroën als Peugeot met investeringen en zijn ondernemersverstand op de been hield, wilde met compacte stadsauto's onder eigen naam inspringen op een gat in de markt. Dat begon allemaal in 1927 met de LR2, een onder licentie gebouwde Austin 7 met een wielbasis van slechts 2,2 meter lang. Op die basis kwam later nog de LR4N2, met een behoorlijk aangepaste koets, maar ook bracht Rosengart onder licentie eigen versies van de Adler Trumpf uit. Allemaal compacte modellen die voor een betrekkelijk vriendelijke prijs de Fransen mobiel konden maken.
Het bloed kruipt echter waar het niet gaan kan, dus besloot Rosengart dat hij zich ook wel toe kon gaan spitsen op wat grotere auto's. Met de Tweede Wereldoorlog voor de deur kwam de Supertraction op de markt. Een bijzondere Frans-Duitse mengelmoes, in zekere zin. Rosengart gebruikte namelijk de onder licentie verkregen basis van de Adler Trumpf, die hij in de loop der jaren voor verschillende eigen modellen had aangepast. Het hart van de Supertraction werd dat van een auto met een naam die er sterk op lijkt: de Citroën Traction Avant. Vanwege zijn nog altijd goede band met André Citroën, naar wie hij in de jaren 20 de helpende hand had uitgestoken, kon Rosengart de krachtbron van de TA gebruiken en werd de Supertraction dus ook voorwielaangedreven. Rosengart mocht van Citroën alleen niet ook een vierdeurs ervan maken, dus werd de Supertraction een tweedeurs, waarvan zowel een open als een gesloten uitvoering verscheen. Hoewel de Supertraction met zijn vooruitstrevende aandrijving en bijzondere koetswerk een voor zijn tijd behoorlijk indrukwekkende auto was, had hij zijn tijd tegelijkertijd niet mee. Vlak nadat de productie begon, brak namelijk de Tweede Wereldoorlog uit. Daarmee stopte de productie van de Supertraction. Pas na de oorlog ging Rosengart er verder mee en moest hij er een andere motor in hangen. Citroën had zich uit de samenwerking teruggetrokken. Rosengart keek naar de Verenigde Staten, waar hij bij het ontwerp ook inspiratie vandaan had gehaald, en schroefde een 3.9 V8 van Mercury in de Supertraction. Een flinke upgrade na de 1.9 viercilinder van de Traction Avant. Ook kreeg de Supertraction een facelift en werd hij omgedoopt tot SupertraHuit, waarbij 'Huit' uiteraard verwijst naar de achtcilinder. Met de oorlog net achter de rug, was er in Europa echter amper markt voor zo'n model. Juist de kleine auto's waarmee Rosengart ooit was begonnen deden het goed. Rosengart had echter geen goed antwoord op bijvoorbeeld de Citroën 2CV en begin jaren 50 viel het doek voor de fabrikant. De Rosengart Supertraction is altijd een behoorlijke zeldzaamheid gebleven, al helemaal in Nederland. Voor zover bekend zijn er slechts twee exemplaren in Nederland, waarvan eentje afgelopen weekend is gespot door AutoWeek-forumlid Escher. Een prachtige en puntgave verschijning, zeker zo in het zomerzonnetje. In het interieur zie je overigens wat van een deel van zijn afkomst. Zo heeft hij onder meer het instrumentarium van een Traction Avant. Deze Supertraction kwam in 2016 pas naar Nederland en is nog altijd bij degene die hem hierheen haalde. De spot van het jaar? Misschien wel.
